Er zijn verschillende manieren om een fles wijn af te sluiten. De meest gekende is natuurlijk kurk. De Grieken en de Romeinen gebruikten al kurk, maar toch werd kurk bij ons pas echt gebruikt van zodra ze uniforme flessen konden maken in de 17de eeuw. Daarvoor werd een soort van stof gebruikt, wax of glas. 

 Goeie kurk geeft geen smaak af. Kurk is iets erg poreus en kan dus zuurstof doorlaten waardoor de wijn kan ademen. Maar kurk is natuurlijk gemaakt uit hout en kan bacterieën bevatten. Door een overmaat aan TCA-contaminatie wat de befaamde kurksmaak geeft, zijn Australische wijnmakers begonnen met draaistoppen of screw caps te gebruiken.

De aversie van draaistoppen is de laatste jaren heel erg geminderd. Terecht ook, want het is een erg goeie afsluiting, het is makkelijker in gebruik en zeker voor witte wijnen verhoogt het het bewaarpotentieel omdat je langer fraicheur hebt. Daarenboven bewaart wijn zo ook makkelijker van zodra de fles open is.

Waarom screw caps niet massaal gebruikt worden door elke winery, is mij een mysterie. Heel gevoelige proevers kunnen een soort van petroleumsmaak waarnemen, maar ook meer en meer dure wijnen worden onder invloed van de nieuwe wereld gebottled met draaistop.


Je hebt ook nog synthetische kurken, maar daar snap ik zelf het nu niet van. Gebruik dan gewoon een draaistop. Je hebt niet de voordelen van natuurlijke kurk, omdat het niet poreus is en persoonlijk vind ik het er nog goedkoper uitzien dan bijvoorbeeld een draaistop, maar hey you didn’t come here for my personal opinion.